Skip to main content
Heeft u vragen, opmerkingen, ideeën of suggesties? Stuur ons een e-mail via info@ferwertonline.nl

Kerkpad 4

De Kosterij

Huisnummer in de eerste dorpsnummering: 31
Kadastrale nummers in 1832: A 526 huis en erf, A 525 school (achter het kerkhof)

Dit huis werd vroeger ook het schoolhuis genoemd. Het was in eigendom bij de kerk. Een deel van de zijmuur van de Costerie bestaat nog uit “oude friezen”. Het achterste deel van het gebouw dateert uit het begin van de 17e eeuw ongeveer 1620/1630.

Aan de vorm van dit achterste deel is nog te zien dat hier de schoorsteen aanwezig was, waar de koster vroeger de turven stookte voor de stoven in de kerk op zondagmorgen. De muur is nog zwart. In een raam aan de zijkant is nog de naam aanwezig van meester Clewits. De naam is in het glas gekrast.

Dat het huis ook schoolhuis genoemd werd kwam doordat in vroeger tijden het ambt van de koster gecombineerd was met de functie van schoolmeester.

In de middeleeuwen stond de school aan de andere kant van het kerkpad tegen het kerkhof aan. De koster moest de klok smeren, de kerkelijke gebouwen schoonhouden en in de diensten voorzingen. In de Roomse tijd moest hij de kinderen de Hoogmis leren en later na de Reformatie leerden de kinderen het Onze Vader, de Psalmen en de Cathechismus.

Het achterste deel van het gebouw dateert uit het begin van de 17e eeuw ongeveer 1620/1630.

In de achttiende eeuw was Jillert Klaas van Egten een bekende schooldienaar. Hij werd aangenomen in het jaar 1719 en moest bij zijn aanstelling de handtekening zetten onder achttien condities. Het onderwijs werd wel genoemd maar de kerkelijke plichten lijken belangrijker, want deze werden uitgebreid beschreven. Naast het onderwijs aan de kinderen, moest hij voorlezen uit de Bijbel, voorzingen en voor en na de kerkdienst het orgel bespelen.

Hij moest de klok luiden 's morgens tussen drie en vier uur, om acht uur, om twaalf uur en om acht uur 's avonds. De kerk, de predikantenstoel, het vierkant en de banken moesten elke maand gestoft worden. Hij moest de tekst en psalmen op de lei schrijven in de kerk en als het buiten glad was, de kerkbijbel voor de dienst ophalen bij de predikant en die na de dienst weer terugbrengen. De laatste zin was dat “ik mij bij plichtsverzuim onderwerp aan bestraffing van predikant, kerkeraad en kerkvoogden.” Het wonen in de Costerie en het gebruik van de tuin waren kosteloos. De beloning was 150 caroliguldens per jaar. Schooldienaar en koster van Egten wilde dat zijn zoon Klaas Jilderts hem opvolgde en liet hem zelfs orgellessen nemen in Groningen bij een bekende uit Duitsland afkomstige orgelleraar.

Die moesten dan des Zondagsmiddags in de kerk opgezegd worden.

Er waren drie klassen in die tijd: in klas één zaten de spellende en lezende kinderen, in klas twee de schrijvers en in klas drie de rekenaars.

De koster/schoolmeester was dus vroeger een kerkelijke beambte die ondergeschikt was aan de predikant en waarbij de kwaliteiten van zijn voorzang vooral als belangrijk werden gezien.

Uit overlevering is gebleken dat wanneer een kandidaat kwam proefzingen, men soms stokken op het kerkhof plaatste om aan te geven hoever zijn zang geklonken had!

Later moesten de schoolmeesters ook het orgel bespelen en werden zij orgeldienaar genoemd. In 1695 woonde hier schoolmeester Petrus Stelma.

In het jaar 1748 is Jilderts Clases overleden en zijn zoon Klaas Jilderts van Egten is hem inderdaad opgevolgd. Hij overleed echter in het jaar 1769 waarna schoolmeester Feddema zijn opvolger werd.

Deze adverteerde in de Leeuwarder Courant en bood te koop aan: Bijbels, psalmen, testamenten alsmede “Davids jeugd”. In het begin van de negentiende eeuw was er de schoolmeester Clewits die veel bestuursfuncties in het dorp had. Inmiddels was in het jaar 1829 de school van achter het kerkhof naar de Reinderslaan verplaatst waarvoor twee arbeiderswoningen waren afgebroken. De schoolmeester bleef in de costerie wonen. In 1850 woonde er de genoemde meester Clewits met zijn vrouw Antje Sinia en vijf kinderen en een dienstbode. In 1872 kwam als onderwijzer naar Ferwerd Douwe Kanon van Workum. Hij heeft maar even hier gewoond en werd opgevolgd door hoofdonderwijzer Pieter Hulshof die afkomstig was van Bergum, schoolmeester was geweest in Deventer en getrouwd was met Aukje Hartmans. Het echtpaar kwam in Ferwerd met één kind en een inwonende “dienstmeid”. Later is het schoolgebouw aan de Reinderslaan verkocht en is een nieuwe openbare school gebouwd naast het Gemeentehuis. Het herenhuis aan de Marrumerweg diende als woning voor het hoofd der school. Het is de oudere Ferwerders bekend dat meester Y.Goinga daar jaren lang heeft gewoond. De Costerie werd vanaf dat moment bewoond door particulieren.